Nieuws

Handreiking BEX 2021 gepubliceerd bij RVO

Gepubliceerd op
4 juni 2021

Op de site van RVO is de nieuwste versie van de handreiking bedrijfsspecifieke excretie (BEX) gepubliceerd. Hierin zijn verschillende aanpassing gedaan voor 2021.

Het ministerie van LNV en de sector hebben in 2006 in overleg de ‘Handreiking bedrijfsspecifieke excretie melkvee’ (Handreiking BEX) laten ontwikkelen. De melkveehouder kan BEX gebruiken om af te wijken van de forfaitaire excretienormen van melkvee uit de Uitvoeringsregeling Meststoffenwet. Als een melkveehouder volgens deze handreiking te werk gaat en kan onderbouwen dat de werkelijke excretie van stikstof en fosfaat op bedrijfsniveau (en niet per dier) afwijkt van de geldende forfaits, dan houden RVO.nl en NVWA daar rekening mee bij de stelsels van gebruiksnormen, mestverwerkingsplicht en verantwoorde groei melkveehouderij. Deze Handreiking kan daarentegen niet worden gebruikt in het kader van het fosfaatrechtenstelsel. De Handreiking BEX is nu weer geactualiseerd en bevat de nieuwste inzichten. De actuele versie met de rekenwijze voor het jaar 2021 is gepubliceerd op de website van RVO. Overigens is deze rekenwijze een belangrijk onderdeel van de KringloopWijzer, om de voeropname en de mestproductie te berekenen. De handreiking BEX staat nu online bij RVO:

De handreiking is ook direct te downloaden van de RVO-site via deze link:

Belangrijkste aanpassingen op een rij

De belangrijkste aanpassingen voor de rekenwijze van 2021 betreffen de volgende onderdelen:

  • De rekenwijze voor de verteringscoëfficiënt Ruw Eiwit van mengvoer is geactualiseerd
  • De verteringscoëfficiënten Ruw Eiwit (VCRE) zijn, waar nodig, aangepast conform CVB 2021. Zie bijlage 3 van de handreiking.
  • Er zijn nieuwe producten toegevoegd aan de tabel in bijlage 3, zodat meer voedermiddelen specifiek meegerekend kunnen worden bij gebruik van de handreiking BEX en de KringloopWijzer.
  • De correctiefactoren voor RAV-stallen. De NH3-emissiereductiefactor van RAV-stal met code A 1.24 is aangepast, zie bijlage 4.